Zin en onzin van groene stroom uit Noorwegen

Sinds 1995 zijn de Nederlandse elektriciteitsbedrijven met steun van de milieuorganisaties bezig met de ontwikkeling van een aparte markt voor groene stroom. Inmiddels is dit product een zeer succesvol duurzaam consumentenproduct in Nederland. In het jaar 2011 werd volgens gegevens van CertiQ, de onafhankelijk toezichthouder, bijna 33.500 MWh aan groene stroom certificaten verkocht, een stijging met maar liefst 22% ten opzichte van 2010. Dat is ruim 30% van het totale stroomverbruik in Nederland. Ruim 55% van de Nederlandse huishoudens neemt groene stroom af.

Tegelijkertijd is de productie van groene stroom het afgelopen jaar nauwelijks is gestegen. Deze bedraagt bijna 10% van het totale stroomverbruik. De rest wordt ‘vergroend’ met certificaten uit Zweden, Denemarken, Finland, Oostenrijk en met name Noorwegen.

Handel in papieren

Met andere woorden, het echte resultaat dat de markt voor groene stroom zou moeten opleveren - meer productie van groene stroom ten koste van grijze – ontbreekt. De inspanningen leiden dus vooral tot een handel in papieren door een aantal energiebedrijven die zichzelf positioneren als aanbieders van groene stroom, zonder dat ze deze in voldoende mate produceren. Dit geldt met name voor Eneco, de Nederlandse Energie Maatschappij, NUON en Oxxio. Zij kopen groene stroom certificaten voor een paar honderdste eurocent per kWh. Het vergroenen van een Nederlands huishouden kost deze bedrijven ongeveer één Euro per huishouden.

Op zichzelf is de handel in groene stroom certificaten goed geregeld. Ze worden op zorgvuldige wijze verstrekt en niet dubbel verkocht. Het systeem werkt. Desondanks is de import van groene stroom certificaten om twee redenen niet geloofwaardig:
1. Er vindt geen stroomimport plaats vanuit de betreffende landen, zoals Noorwegen. De groene stroom uit waterkrachtcentrales wordt – al pakweg 80 jaar lang - aan Noorse consumenten geleverd. De consument in Noorwegen weet sinds jaar en dag dat hij groene stroom afneemt en dus ontstaat er in dat land geen aparte markt voor groene stroom. Wat er in feite gebeurt is dat de groene stroom wordt verkocht in Noorwegen en dat de bonnetjes nogmaals in Nederland worden verkocht.
2. Er is geen koppeling tussen de groene stroom certificaten en de Europese verplichting om in 2020 gemiddeld 20% duurzame energie te produceren. Landen kunnen met andere woorden al hun certificaten verkopen en tegelijkertijd hun EU doelstellingen halen.

Wat is de oplossing? Eigenlijk zou je de grens dicht moeten gooien voor Noorse waterkracht en klanten moeten aanmoedigen alleen echt in Nederland geproduceerde groene stroom af te nemen. Dan ontstaat er een markt en wordt er uiteindelijk ook meer duurzame stroom geproduceerd. De HIER Klimaatcampagne en Stichting Milieukeur hebben het initiatief genomen om de markt voor groene stroom enigszins te fatsoeneren door geïmporteerde certificaten domweg niet te erkennen zolang er geen koppeling is met Europese eisen voor duurzame elektriciteit. Bedrijven die de steun van de milieubeweging willen verwerven moeten meer doen dan zich middels Noorse certificaten ‘vergroenen’. Adviesbureaus die bedrijven helpen een MVO-beleid vorm te geven hebben ook in toenemende mate kritiek op het systeem dat bedrijven zogenaamd minder CO2 gaan uitstoten door buitenlandse GVO’s op te kopen. Maatschappelijke druk heeft ertoe geleid dat bedrijven als NUON en Eneco een Hollands product op de markt hebben voor de echt bewuste klanten maar verder vooral zogenaamde groene stroom verkopen op basis van certificaten. Verdere vergroening komt daarmee niet tot stand.

Uiteindelijk moet elk land haar eigen duurzame energievoorziening tot stand brengen. Er moet dus een markt op gang komen. Een markt voor echt, in Nederland, geproduceerde groene stroom. Zolang de spotgoedkope Noorse certificaten de markt overspoelen komt die niet op gang. Terwijl er genoeg enthousiasme is bij burgers en bedrijven, ook als stroom daardoor iets duurder wordt. We verwachten dat de prijs zal stijgen met pakweg 1 à 2 cent per kWh. Dat is voor honderdduizenden consumenten en honderden bedrijven geen beletsel om de Nederlandse groene stroomproductie echt een serieuze impuls te geven. Onderzoek wijst dit ook uit; een meerprijs van 5 – 10% voor een echt duurzaam product is voor veel consumenten aanvaardbaar.

Het belang van een deze 1 – 2 cent/kWh is groot. De twee belangrijkste duurzame energieopties, wind op land en de bijstook van duurzame biomassa, zijn op dit moment nog 1 à 2 cent per kWh duurder dan grijze stroom. Een echte markt voor groene stroom kan beide opties rendabel maken.

We moeten ons niet langer voor de gek laten houden. Het vergroenen van je elektriciteitsverbruik door Noorse GVOS’s te kopen is een farce, die 17 jaar werk aan de markt voor groene stroom kapot maakt. Als je alleen nog Nederlandse groene stroom kunt kopen ben je bereid daar een beetje meer voor te betalen. Wij staan klaar om de vraag te vergroten. Het is aan de overheid en de energiebedrijven om hier ook hun verantwoordelijkheid te pakken. Energiebedrijven kunnen stoppen met de onzinproducten. De nieuwe minister van Economische Zaken moet werken aan een reële koppeling tussen de productie van groene stroom en het systeem van de certificaten. De eerste stap is een verbod op de zogenaamde import van groene stroom, in feite niets meer dan waardeloze certificaten.

Sible Schöne
Programma Directeur
HIER Klimaatcampagne

Peer de Rijk
Directeur WISE