Wet Milieubeheer - de slapende draak in energiebesparingsland

Eind januari 2014 heeft ECN de grootschalige studie 'Verbetering referentiebeeld utiliteitssector' gepubliceerd, waarin ondermeer een inschatting wordt gemaakt van het besparingspotentieel in de bestaande utiliteitsbouw als gevolg van de Wet Milieubeheer. En deze blijken fors te zijn!

Maar eerst iets over de Wet Milieubeheer zelf. De kans is namelijk groot dat u nog nooit van deze wetgeving heeft gehoord. Dat is niet vreemd want de Wet Milieubeheer wordt maar mondjesmaat gehandhaafd. (Het bevoegd gezag voor deze wet zijn de gemeenten.)

Door het ontbreken van adequate handhaving is voor velen deze wet nog volledig onbekend. Daarom noem ik hem ook vaak de slapende draak in energiebesparingsland. Ik ben ervan overtuigd dat, als het ons lukt om deze draak tot leven te wekken, grootschalige energiebesparing in de utiliteitsector onherroepelijk een feit zal zijn.

32 PJ besparen zonder nieuwe regels

Hoe luidt de Wet Milieubeheer? Deze wet verplicht ondernemers die een jaarlijks energieverbruik hebben van minimaal 50.000 kWh elektra of 25.000 m3 gas alle energiebesparende maatregelen te realiseren met een terugverdientijd van maximaal vijf jaar. Het ECN-rapport concludeert nu dat het besparingspotentieel in de utiliteitsbouw als gevolg van deze wet 32 PJ bedraagt.

Een dergelijk getal alleen zegt mij weinig. Maar als we dit getal relateren aan de totale besparingsdoelstelling voor de bestaande bouw - 100 PJ in 2020 - dan wordt in één klap 32 procent van de totale besparingsdoelstelling voor de gebouwde omgeving (dus inclusief de woningbouw!) gerealiseerd. En het wordt nog opmerkelijker: de totale besparingsdoelstelling in 2020 voor de utiliteitsbouw bedraagt ‘slechts’ 24 PJ.

Met andere woorden, als we erin slagen om het besparingspotentieel van de Wet Milieubeheer volledig te benutten, behalen we ruimschoots onze besparingsdoelstellingen voor de hele utiliteitssector!

Het feest der grote getallen is hiermee nog niet ten einde. ECN schrijft in hetzelfde rapport dat er nog meer besparing mogelijk is wanneer de energiebesparende maatregelen gecombineerd worden uitgevoerd. Ik citeer:

‘Een belangrijke constatering is dat dit besparingspotentieel significant toeneemt, wanneer een terugverdientijd gerelateerd zou zijn aan een pakket aan maatregelen, in plaats van aan afzonderlijke maatregelen. Het effect van een pakketbenadering op de hiermee gepaard gaande investeringskosten en arbeidsinzet is nog veel groter.’

Ter illustratie: de gemiddelde terugverdientijd van alle maatregelen samen, die de Wet Milieubeheer verplicht stelt, bedraagt 2,3 jaar. Als we bereid zijn de terugverdientijd van het pakket aan maatregelen gelijk te stellen aan de oorspronkelijke 5 jaar die de Wet Milieubeheer voorschrijft, neemt het besparingspotentieel toe tot 58 PJ.

Pakketbenadering door gebouw-ESCo’s

Deze door ECN gepropageerde pakketbenadering kan goed worden uitgevoerd door zogenaamde gebouw-ESCo’s. Dit zijn ESCo’s die op integrale basis het gebouw plus klimaatinstallaties verduurzamen, waarbij de door de opdrachtgever gewenste looptijd van het prestatiecontract als uitgangpunt geldt bij het opstellen van de business case. Indien gewenst kan de ESCo zorgdragen voor de voorfinanciering.

Gemeenteraadsverkiezingen

De Wet Milieubeheer heeft alles in zich om een grote energiebesparingsmarkt in Nederland van de grond te trekken. Met dito arbeidsplaatsen, kostenreducties en klimaatwinst tot gevolg. Het is nu aan de handhaver van deze wet om ervoor te zorgen dat dit ook realiteit wordt. Wellicht kunnen de aanstaande gemeenteraadsverkiezingen en de nieuwe colleges van B&W hier een positieve bijdrage aan leveren: voor een effectief klimaatbeleid zijn geen nieuwe regels of ambitieus beleid nodig als bestaande regels gewoon gehandhaafd worden.

De studie 'Verbetering referentiebeeld utiliteitssector' is te bekijken via de officiële website van ECN.